Nano comes to life is een belegd broodje: het beleg verhaalt over (de geschiedenis van) fascinerende weten­schap, de broodjes zijn een droog cultuurwetenschappelijk relaas.

Schrijfster en hoogleraar biofysica Sonia Contera heeft duidelijk een enorme passie voor (nano)wetenschap en beschrijft dat in bijna academisch taalgebruik in haar boek Nano comes to life. Ze neemt de lezer mee op een reis door een kleine tweehonderd jaar aan nanobiotechnologische ontwikkelingen.

Biologie is de laatste vijftig jaar sterk veranderd door nanotechnologie

In de introductie beschrijft Contera kort hoe de biologie is veranderd in de laatste vijftig jaar doordat de meer exacte wetenschappen – natuurkunde, wiskunde, ict – zich ermee gingen bemoeien. Ze pleit ervoor een reductionistische visie op leven achter ons te laten, en een meer kwantitatieve benadering ervan te omarmen. Ook is ze ervan overtuigd dat een samenwerking tussen cultuur en wetenschap alle grote vragen uiteindelijk op zal lossen.

Nano Mona Lisa

Het kostte me grote moeite om het boek in te komen. Een van de redenen was – naast het maar liefst zestig pagina’s tellende inleidende hoofdstuk – dat de schrijfster evolutie en de natuur herhaaldelijk neerzet als een soort entiteit met zinsnedes als ‘… boosting evolution’s already astonishing creation …’. De evolutietheorie is een willekeurig, onbewust proces, iets dat niet kan creëren, denken of plannen, en heeft naar mijn idee daarom vrij weinig te maken met de ontwikkeling van nanotechn­ologie.

Daardoor wilde ik de rest van het boek eigenlijk oppervlakkig doorlezen, maar eenmaal aangekomen in hoofdstuk twee kwam ik daarvan terug en werd ik gegrepen door het spectaculaire onderzoeksveld dat nanotechnologie is. Elk hoofdstuk begint met een historische terugblik, die overvloeit in fascinerende hedendaagse ontdekkingen. Hoofdstuk twee laat de wonderlijke wereld van DNA- en eiwittechnologie zien, van DNA-origami tot DNA-nanorobots. Zo is het tegenwoordig mogelijk om bijna elke denkbare vorm te creëren met DNA, zelfs een nano Mona Lisa.

Contera vertelt verder wat we met die creaties kunnen doen in hoofdstuk drie, waar de focus komt te liggen op nanomedicijnen. De belangrijkste stap die we daar moeten maken is het op de juiste plek krijgen van medicijnen, waarbij nanodeeltjes perspectief bieden. Hoofdstuk vier maakt de stap naar het maken van organen en weefsels (denk aan organen-op-een-chip). Alle drie de hoofdstukken zijn fascinerend en deden me versteld staan van de mogelijkheden op nanotechnologisch gebied.

Hoofdstuk vijf maakt de balans op tussen de ontwikkelingen en uitdagingen, en geeft ook een opstapje naar de epiloog, waarin Contera een sociaal-cultureel-futuristisch relaas houdt over de wetenschappelijke cultuurverschuiving die we door deze ontwikkelingen zien. Het was – in ieder geval voor mij – geen overtuigend einde, en deed daarom af aan de intrigerende uiteenzetting van onze nanobiotechnologische vooruitgang.

Nano comes to life
Sonia Contera
216 pagina’s
€ 26