In een samenwerking tussen het kleine Australische bedrijf Circa Group en de gigant Merck is een nieuw oplosmiddel ontwikkelt dat NMP en DMF moet gaan vervangen, meldt c&en.

De bekende oplosmiddelen N-methylpyrrolidon (NMP) en dimethylformamide (DMF) worden veel in laboratoriumonderzoek en in industriële processen gebruikt, maar de Europese Unie twijfelt aan de milieuvriendelijkheid van de stoffen. Het Australische Circa wil een alternatief aanbieden en opent daarom een prototype plant in Tasmanië om grootschalige productie – 20 ton per jaar – te testen.

Het alternatieve oplosmiddel is ‘Cyrene’ gedoopt en heeft als chemische naam dihydrolevoglucosenon (zie foto). De ontdekking kwam meer dan tien jaar geleden tot stand doordat een Australisch team uit de papierindustrie geconfronteerd werd met minder vraag en een nieuwe inkomstenbron zocht. Onder de leiding van Tony Duncan, een directeur uit de papierindustrie, vond het team dat je dihydrolevoglucosenon kunt bemachtigen uit celluloseafval.

In een gesprek met James Clark, hoogleraar aan de University of York, vroeg Duncan wat de mogelijke toepassingen zouden kunnen zijn. Daarop is Clark gaan experimenteren en heeft onder andere in een Spaanse samenwerking NMP succesvol vervangen in de exfoliatie van grafiet om grafeen te produceren.

Merck raakte rond 2015 met Cyrene gemoeid en samen met het Nederlandse Will & Co. heeft Circa honderden samples gestuurd naar bedrijven en academische instellingen. Hoewel Cyrene niet alle toepassingen en oplosmiddelen zal kunnen vervangen, zijn verschillende resultaten al zeer veelbelovend. Ook kun je uit Cyrene hydroxymethylbutyrolacton synthetiseren, wat fungeert als een precursor voor veel nuttige stoffen, zoals antiretrovirale en antikankermedicijnen.