Blootstelling aan lage hoeveelheden cadmium versnelt de inkorting van de telomeren aan de uiteinden van je chromosomen. Geen wonder dus dat dit metaal wordt geassocieerd met typische ouderdomsziektes, suggereert een publicatie in het American Journal of Epidemiology.

Dat die telomeren korter worden is een natuurlijk verschijnsel. Ze vormen de noodzakelijke ‘uitloop’ voor het DNA-replicatiemechanisme, en het is dus logisch dat bij elke celdeling het laatste eindje niet wordt meegekopieerd. Daar staan andere mechanismen tegenover die de telomeren weer verlengen, maar die kunnen de inkorting niet helemaal bijhouden. Uiteindelijk raken de telomeren dus ‘op’ en vallen bij de celdeling belangrijkere stukken DNA weg.

Ami Zota en collega’s van George Washington University hebben nu een bestaande collectie bloed- en urinemonsters van ruim 6.700 volwassenen nog eens bekeken. Ze maten zowel de resterende telomeerlengtes als de cadmium- en loodconcentraties.

Resultaat: lood leek niet uit te maken maar bij de mensen met het meeste cadmium in bloed en urine waren de telomeren gemiddeld 6 procent korter dan bij de mensen met de minste cadmium. Volgens Zota leek het of de cellen van die eerste groep 11 jaar ouder waren dan ze waren.

Waarbij ze aantekent dat zelfs die relatief hoge cadmiumconcentraties in absolute zin zeer laag waren. Betrokkenen hadden het metaal ‘gewoon’ binnengekregen via voedsel en sigarettenrook, en zeker niet omdat ze met z’n allen vlak naast een fabriek met verhoogde cadmiumemissies woonden. Het doet vermoeden dat bij cadmium elke blootstelling te veel is, zelfs als ze ruim beneden de officiële normen blijft.

Wat precies het verband is, is nog totaal onduidelijk. Formeel kan het zelfs nog zo zijn dat cadmium en telomeren niet rechtstreeks met elkaar te maken hebben maar dat dat cadmium systematisch samengaat met blootstelling aan iets anders. Verder onderzoek lijkt in elk geval de moeite meer dan waard.

bron: George Washington University