Als eerstejaars komt er veel op je af. In de komende vier jaar moet je uitvinden wat jouw pad is. Is het goed om je al direct te oriënteren en aan je cv te bouwen? ‘Het leven is meer dan studeren.’

“Een vak loopbaanoriëntatie voor eerstejaars? Dat heeft geen zin. Studenten zijn dan veel te druk met een nieuwe stad en een heel ander leven.” Aan het woord is Marie-Elise van den Hoek Ostende. Als loopbaanadviseur van het Loopbaan Advies Centrum van de UvA spreekt ze eerstejaars vooral als na een half jaar blijkt dat ze de verkeerde studie hebben gekozen.

Volgens Van den Hoek Ostende denken studenten pas in hun tweede of derde jaar na over hun loopbaan. Dan komen ze ook met gerichte vragen bij haar langs: ‘Welke master past bij mij? Ik wil meer die richting uit, hoe doe ik dat?’

Laatstejaars Dianne Maasdijk kreeg in haar tweede jaar farmaceutische wetenschappen aan de VU het vak loopbaanoriëntatie. Dit was vooral gericht op wat je met onderzoek kunt. Maasdijk: “De vraag ‘Wat wil je?’ stond centraal tot vervelens toe. ‘Wat is er?’ kwam niet aan bod.” Direct in haar eerste jaar werd Maasdijk lid van een studievereniging en werd ze gevraagd voor het bestuur.

Drie jaar onderhield Maasdijk contacten met bedrijven en andere studieverenigingen en organiseerde ze van alles. Van borrels, lezingen en excursies tot het kerstdiner. In haar derde jaar zei iemand: ‘Dat staat mooi op je cv.’ “Maar ik deed het omdat ik het leuk vond, niet voor mijn cv.”

Nuttige contacten

Van den Hoek Ostende meent dat het niet nodig is om direct al aan cv-building te doen. Het kan wel handig zijn om lid te worden van een studievereniging, alleen al vanwege de vaak gegeven boekenkorting. En als je weinig binding hebt met de universiteit of de stad is het goed om bijvoorbeeld een sportschool of een theaterclub te bezoeken.

Gert Quintiens meent dat in je eerste jaar aan een cv denken nogal vroeg is. “Wel adviseer ik na te denken over hoe je je vrije tijd wilt invullen. Het leven is meer dan studeren”, aldus de personeelsmanager van Janssen Pharmaceutica. Volgens Maasdijk moet je vooral doen wat je leuk vindt. “Dan bouw je vanzelf nuttige contacten op.” Doe geen dingen omdat ze goed op je cv staan, maar omdat ze je aanspreken, vindt ook Van den Hoek Ostende. Vinden wat bij je past, dáár gaat het volgens haar om. “Veel studenten realiseren zich niet dat je zelf je richting bepaalt. Tijdens je studie verzamel je zelf de bouwstenen van je eigen loopbaan.” Ook Quintiens merkt dat sommige starters tijdens hun studie onvoldoende hebben stilgestaan bij de baan die bij ze past.

Aan het begin van haar studie had Maasdijk nog geen concreet beeld van een baan voor ogen. Ergens in haar achterhoofd speelde ze met het idee van scheikundedocent. In haar derde jaar kreeg ze een beeld van wat ze wilde. Ze koos voor de master wetenschapscommunicatie en begon daarnaast met de master lerarenopleiding scheikunde. Sinds een jaar geeft ze parttime les op haar oude middelbare school.

Tempobeurs

Maasdijk is een voorbeeld van iemand met veel nevenactiviteiten. Naast bestuurslid van de studievereniging, was ze ook studentlid bij de onderwijsdirectie, zat ze in de Commissie Student Leden van de KNCV en later in het bestuur van Jong KNCV en gaf ze studievoorlichting. Gaf dat geen problemen met de tempobeurs? “Dat viel mee. Van de VU heb ik voor driekwart jaar extra studiefinanciering gekregen.” Maasdijk heeft er geen spijt van dat ze een jaar langer over haar studie heeft gedaan. Ze had het niet willen missen. “Ik vind het fijn om het druk te hebben.”

Van den Hoek Ostende snapt dat het met de tempobeurs lastiger is om veel naast de studie te doen. Toch kun je er alleen maar achterkomen wat je leuk vindt door veel dingen uit te proberen. “Daar is je studietijd ook voor bedoeld.” Je kunt ervoor kiezen om vier jaar lang hetzelfde bijbaantje te houden. Maar werkervaring biedt je de kans erachter te komen in welke omgeving het prettig is.

Zoek het ook meer in studiegerelateerde zaken als je weinig tijd hebt, adviseert Van den Hoek Ostende. Zo kun je lezingen volgen en deelnemen aan workshops en cursussen van organisaties. Het is ook goedkoper om dit tijdens je studie te doen. “Of ga als lid van een studievereniging in je eerste jaar mee met de buitenlandreis. Zo kun je de motor van zelfontwikkeling al opstarten”, aldus Van den Hoek Ostende. Alleen de juiste studie en hoge cijfers zijn volgens haar niet genoeg.

Quintiens zegt niet te selecteren op basis van cijfers. “We gaan ervan uit dat je diploma een garantie is voor goede basisvaardigheden. Nevenactiviteiten zijn minstens zo belangrijk.” Hij vindt het dan ook terecht dat bedrijven daarop selecteren. “Organisaties worden meer en meer complex. Zelfs de beste bolleboos moet blijk geven van sociale vaardigheden.”

Cv

Een van de diensten van het Loopbaan Advies Centrum is de cv-check. Wat valt Van den Hoek Ostende op in de cv’s? “Veel studenten hebben er geen kaas van gegeten. Ze laten waardevolle ervaringen zoals vrijwilligerswerk soms weg.” Op je cv kun je te bescheiden zijn of juist te overdreven. Zo kreeg een collega van Van den Hoek Ostende een cv onder ogen waarop stond: medewerker Koninklijke Ahold. Ze dacht dat die persoon werkte op het hoofdkantoor. “Uiteindelijk bleek hij gewoon bij de plaatselijke AH achter de kassa te zitten.”

Volgens Van den Hoek Ostende kun je in je cv beter precies zijn dan vaag. Bij vage omschrijvingen trekken recruiters al snel hun wenkbrauwen op en waarschijnlijk krijg je niet de kans die toe te lichten tijdens een gesprek. Quintiens vindt een gebrek aan chronologie en verdoezelde hiaten in een cv irritant. “En schrijffouten, vooral dt-fouten.” Toch is dit geen aanleiding om een cv links te laten liggen. Het bedrijf is wat minder kritisch dan zo’n vijf jaar terug omdat het moeilijk is mensen te vinden. ”Maar dat is geen excuus om een saai cv te sturen.”

Maasdijk gaat binnenkort naast haar baan in het onderwijs aan de slag als beleidsmedewerker jonge leden bij de KNCV. Ze hoorde op een vergadering van Jong KNCV dat die baan tijdelijk vrijkwam. “Ik ben er zelf op afgegaan.” Ze vindt het jammer dat het tijdelijk is. “Aan de andere kant is het een mooie manier om wat uit te proberen. En als het bevalt, vraag ik gewoon of ze een baan voor me hebben!”

Bron: Studentenspecial C2W15, 16 augustus 2008

Onderwerpen