De Amerikaanse overheid looft 20 miljoen dollar uit voor een diagnostische test die direct aangeeft tegen welke antibiotica een bacteriële infectie resistent is. Zodat je tenminste meteen kan beginnen met antibiotica die nog wel werken, stelt het ministerie van volksgezondheid HHS.

De prijsvraag maakt deel uit van een nieuwe nationale strategie tegen antibioticaresistentie, die op 18 september werd gelanceerd door het Witte Huis. President Obama heeft er een ‘executive order’ van gemaakt, om te voorkomen dat de tot op het bot verdeelde volksvertegenwoordiging ook dít dossier weer eindeloos kan vertragen.

Verbeterde diagnose is één van de vijf actiepunten. De andere vier zijn verminderd antibioticagebruik, snellere opsporing van beginnende resistentie in de hele voedselketen, versnelde ontwikkeling van nieuwe antibiotica en versterkte internationale samenwerking binnen het vakgebied.

Doel is om tegen 2020 het aantal moeilijk behandelbare infecties serieus te hebben verminderd. De boosdoeners krijgen daarbij elk een eigen percentage mee. Zo moet het aantal infecties met Clostridium difficile en methicillineresistente Staphylococcus aureus (MRSA) worden gehalveerd ten opzichte van 2011. Het aantal in het ziekenhuis opgelopen infecties met carbapenemresistente Enterobacteriaceae moet 60 procent omlaag, voor multiresistente Pseudomonas-soorten geldt 35 procent.

Uiterlijk begin 2015 moeten de ministeries van defensie, landbouw en volksgezondheid met een uitgewerkt actieplan komen. De prijs van 20 miljoen, vermoedelijk een suggestie van de National Institutes of Health die onder laatstgenoemd ministerie vallen, loopt daar alvast op vooruit.

Volgens sommigen gaat het plan overigens nog niet ver genoeg, vooral omdat onverantwoordelijk gebruik van antibiotica in de veeteelt er nog steeds niet door wordt verboden.

bron: C&EN, NIH